Stagobel

De kabelgoot KG 281 is vervaardigd uit Sendzimir verzinkt plaatstaal conform de norm NBN EN 10346. De kabelgoot heeft een dubbel omgezette overboord ter bescherming bij het hanteren. De kabelgoten worden gekoppeld met schroefloze koppelplaten Unilock (referentie 8010109). De kabelgoot heeft in de bodem in de langsrichting een rij uitbreekpoorten diameter 17 en 23 mm. De kabelgoot heeft in de bodem in de dwarsrichting en om de 250 mm een rij perforaties diameter 7 mm voor het monteren van grendels voor scheidingsschotten. De hartafstand van deze perforaties is 25 mm zodat de scheidingsschotten dus telkens met deze afstand kunnen verplaatst worden. Ook de zijwanden zijn voorzien van perforaties diameter 7 mm, met hartafstand 50 mm en dit voor het schroefloos plaatsen van ophangsystemen. Deze kabelgoot KG 281 heeft een boordhoogte 60 mm, is 3000 mm lang en 200 mm breed. De plaatdikte is 1 mm.

De kabelbaan KB 184 is vervaardigd uit plaatstaal en gepoedercoat in het zuiver wit RAL9010. De kabelbaan heeft een dubbel omgezette overboord ter bescherming bij het hanteren. De kabelbanen worden gekoppeld met schroefloze koppelplaten Unilock (referentie 8010109). De kabelbaan heeft in de bodem in de langsrichting perforaties 32 x 7 mm. Ook de zijwanden zijn voorzien van perforaties 32 x 7 mm en gaten diameter 7 mm, met hartafstand 50 mm en dit voor het schroefloos plaatsen van ophangsystemen. Deze kabelbaan KB 184 heeft een boordhoogte 60 mm, is 3000 mm lang en 600 mm breed. De plaatdikte is 1 mm.

Het deksel is vervaardigd uit plaatstaal en gepoedercoat in het zuiver wit RAL9010. Het deksel wordt aangebracht op kabelgoten KG 281 of kabelbanen KB 184. Bij kabeldragers voorzien van deksels voorkomt men stofophoping in de kabeldrager en is de bekabeling beter beschermd en gevrijwaard van stof en/of UV straling. Het deksel wordt vastgemaakt met onverliesbare universele dekselklemmen (ref. 88550) die worden aangebracht op het deksel. Of vastgemaakt met dekselklemmen (ref. 762400), die omsluitend over de kabeldrager en zijn deksel worden aangebracht. Bij een verticaal tracé wordt de dekselklem (ref. 88520) aangewend. De klem klikt in een zijperforatie en omsluit de kabeldrager en zijn deksel. Zo kunnen losgekomen verticale kabels het deksel niet wegdrukken. Dit deksel heeft een boordhoogte 11 mm, is 2000 mm lang en 200 mm breed. De plaatdikte is 0,8 mm.

T-stuk voor kabelgoten en kabelbanen uit plaatstaal en gepoedercoat in het zuiver wit RAL9010. Hoogte 60 mm en breedte 200 mm. De kleur op de afbeelding is informatief. Gebruik een kleurkaart.

Stijgstukdeksel Sendzimir verzinkt plaatstaal voor kabelgoten en kabelbanen. Breedte: 100 mm.

De kabelgoot KG 281 is vervaardigd uit Sendzimir verzinkt plaatstaal conform de norm NBN EN 10346. De kabelgoot heeft een dubbel omgezette overboord ter bescherming bij het hanteren. De kabelgoten worden gekoppeld met schroefloze koppelplaten Unilock (referentie 8010109). De kabelgoot heeft in de bodem in de dwarsrichting en om de 250 mm een rij perforaties diameter 7 mm voor het monteren van grendels voor scheidingsschotten. De hartafstand van deze perforaties is 25 mm zodat de scheidingsschotten dus telkens met deze afstand kunnen verplaatst worden. Ook de zijwanden zijn voorzien van perforaties diameter 7 mm, met hartafstand 50 mm en dit voor het schroefloos plaatsen van ophangsystemen. Deze kabelgoot KG 281 heeft een boordhoogte 60 mm, is 3000 mm lang en 400 mm breed. De plaatdikte is 1 mm.